Karma en lot, èèn kant van èèn medaille?

In mijn essay stel ik de vraag of karma en lot hetzelfde aspect is als hét grote, voor ons verstand onvatbare, bouwwerk van het bestaan in zijn totaliteit.

De grote zingevingsvraagstukken zoals: wie ben ik, waar kom ik vandaan en waar ga ik naar toe, horen bij de mens van alle tijden. Hoe meer wij ons hiermee bezighouden des te meer realiseren wij ons dat wij geen afgescheiden wezens zijn. Onze gedachten, gevoelens en handelingen zijn onlosmakelijk met de wereld om ons heen verbonden, door op z’n minst oorzaak-en-gevolg reacties.

Als wij de oude wijsheidstradities van oost en west in haar esoterische kennis volgen, dan wordt er in alle gevallen gesproken van een bouwwerk waarbij het aardse, tijdelijke bestaan een verschijningsvorm van het veel grotere metafysische deel van het eeuwige is. Dit eeuwige deel wordt met het woord ziel omschreven.

In de oosterse traditie waarvan de uit India afkomstige vedische kennis de oudste is, wordt de ziel als deel van het goddelijke geheel gezien, onberoerd van al het aardse leed en alle aardse vreugde. Het aardse leven is aan een cyclisch principe gebonden dat men reïncarnatie noemt. Bij iedere incarnatie wordt de ziel deel van een nieuw leven. In de Veda wordt dit als volgt beschreven: het bewustzijn is de energie van de ziel net als warmte en licht de energie van het vuur zijn.

Het bewustzijn van de mens kent verschillende gradaties van ontwikkeling en maakt volgens deze traditie een ontwikkeling door die met het woord ‘karma’ wordt aangeduid. In eindeloos veel levens bouwt zich een bewustzijn op dat als doel heeft zichzelf te bevrijden uit de cyclus van wedergeboorte op het aardse dualistische niveau.

Mijn onderzoeksvraag luidt dus:

“Is de astrologische geboortehoroscoop de blauwdruk van onze karmische ‘opdracht’ in dit specifieke leven?”

In de vedische traditie gaat men er vanuit dat karma tweeledig is. Aan de ene kant is er het gedeelte dat vaststaat, omdat het afkomstig is uit minstens twee eerdere levens. Op dit gedeelte van het karma kan men geen invloed uitoefenen en is derhalve passief te noemen. Het andere gedeelte van karma is dat gedeelte dat men in dit leven dagelijks opbouwt door de keuzes die men maakt middels zijn vrije wil, actief dus. Hieruit resulteert dat karma altijd het resultaat van onze eerdere gevoelens, gedachten en handelingen is.

Deze zienswijze correspondeert met hetgeen in het artikel ‘Wat is Lot’ van Martien Hermes beschreven staat als:

Twee universele Lotthema’s

Welbeschouwd valt Lot uiteen in twee basisprincipes, die tegelijkertijd en altijd samen ons leven bepalen en hoe men het Lot ervaart: met een passieve en een actieve component. Aan de ene kant is dat het ondergaan en beleven van het leven, wat het tegenovergestelde is van het ondernemen van het leven.

Een belangrijk onderdeel van het reïncarnatieprincipe is het idee dat de ziel voor ieder leven de omstandigheden kiest die nodig zijn om de ongeleerde lessen uit vorige levens een nieuwe kans te geven. Soms kan dat zijn door in een positie terecht te komen waarbij men dat leed of geluk ondergaat dat in een vorig leven veroorzaakt werd. Of men komt in een positie terecht die men zich in een vorig leven gewenst heeft, bijvoorbeeld: ik wil mooi of beroemd worden zodat men kan ondervinden hoe het is om mooi en beroemd te zijn. Hoe ons leven er ook uitziet, de keuze van de ziel bepaalt de omstandigheden.

Praktisch gezien betekent dit de keuze van het genetische materiaal van beide ouders. Dit wordt tevens beïnvloed door de epigenetische invloeden van alle voorouderlijke trauma’s. Voegen wij hier de vaststaande aspecten uit onze horoscoop bij, dan hebben wij de bagage waarmee we in het leven ‘geworpen worden’.

Ik citeer wederom uit het artikel van Martien Hermse:

Het Lot als broodheer

‘Het is het Lot dat verklaart dat mensen een verschillende startpositie hebben in het leven. De filosoof Heidegger (1889-1976) zei het al: ‘Kenmerkend voor onze existentie is dat we in een bestaan worden geworpen dat we niet zelf kiezen.. [het] overkomt ons voornamelijk buiten onze intenties en keuzen om’.

Niemand kiest zijn geboortemoment (hoewel Plato suggereert dat het wel zo is), noch zijn startpositie.

In zijn laatste zin wijkt Martien Hermes af van hetgeen in de vedische traditie wordt beweerd en blijkbaar ook door Plato ondersteund wordt.

Als wij van de hypothetische veronderstelling uitgaan dat Plato en de vedische traditie gelijk hebben, wordt duidelijk waarom zingeving zo belangrijk is. Zoals eerder gezegd, willen alle mensen weten waarom ze hier zijn en wat hun hier te doen staat.

De Duits joodse psychiater Victor Frankle beweerde dat het zingevingsvraagstuk de essentiële drijfveer van het menselijk bestaan is. Zonder zingeving is er geen levenswil. Ook Carl Gustav Jung was van mening dat de mens een intrinsieke (onbewuste) drijfveer in zich heeft die hem in contact wil brengen met zijn hogere bewustzijn. Deze ontwikkeling van het onbewuste EGO naar het béwuste ZELF noemde hij het individuatieproces.

Het psychologische ontwikkelingsmodel van de individuatie en het oosterse ontwikkelingsproces van het pad van yoga zijn bedoeld om ons bewustzijn te ontwikkelen. Ons karakter en het passieve deel van ons lot zijn zichtbaar in onze horoscoop.

Afsluitend kom ik tot de conclusie dat het lot bestaat uit zowel een actief als passief deel, waarbinnen ons leven zich afspeelt.